vrijdag 5 april 2013

kinderen en honden

Tante Fietje


Iedereen die honden heeft weet het: hoe lief en goed opgevoed Fikkie ook is, hij kan op een bepaald moment onverwacht en ongewenst gedrag vertonen.
Vooral met kinderen blijft het oppassen. Soms begrijpen honden en kinderen elkaar gewoon niet. Wat een kind lief aaien vindt kan de hond als zeer dominant ervaren. Als een kind met een hoog en angstig stemmetje gaat gillen kan de hond dit opvatten als een aanmoediging om te spelen.

Een van mijn honden is wel eens vol vreugde en enthousiasme op een buurkind afgedenderd, kind viel en begon te huilen, ouders waren geschrokken, ik was van de leg en hond kwispelde.
Ik heb dat toen opgelost door een knuffel voor buurkind te kopen en uit te leggen dat hondje echt niet bijt en dat hondje erge spijt had en het nooit meer zou doen.
Kind dolgelukkig met knuffel en de ouders en ik aan de drank. Je kunt beter met je buren drinken dan vechten.
Ik vond dat een prettige oplossing en ik ga nog steeds prima met deze buren om. Dit speelde zich af in de tijd dat ik alleen met een hond woonde.

Bij ons in de buurt woont tante Fietje, tante Fietje is wat klein uitgevallen en tante Fietje heeft een hond. Een leuke hond, een middelgrote bastaard, de hond  heet Joop.
Regelmatig rent Joop door de buurt met tante Fietje er in gestrekte draf achteraan. Voor haar eigen veiligheid laat tante Fietje Joop vaak los lopen. Dat gaat meestal goed. Het gaat fout als Joop een huisdeur open ziet staan. Joop denkt dat hij overal welkom is, Joop is nieuwsgierig en draaft overal naar binnen.

Ik deel mijn leven en mijn huis al jaren met honden maar ik zou toch raar opkijken als een niet tot mijn roedel behorende hond mijn huis binnen kwam rennen. Ik zou zelfs schrikken, dus ik begrijp wel dat niet iedereen het spontane bezoek van Joop op prijs stelt.

Op een dag stonden tante Fietje en Joop bij mij voor de deur. Joop kwispelend en tante Fietje huilend.

Joop was weer eens op visite geweest bij mensen verderop, de mensen hebben een blind dochtertje van een jaar of zes. Het kind was alleen in de kamer toen ze besprongen werd door een harig, hijgend monster. De vader kwam op het lawaai af en heeft Joop hardhandig aan zijn halsband  naar buiten gesleurd en heeft vervolgens tante Fietje uitgekafferd.

Ik heb tante Fietje koffie en een tissue gegeven, ze was nogal geschrokken van de scheldpartij. Ik heb tante Fietje voorzichtig uitgelegd hoe dat kind geschrokken moet zijn. Zit je rustig in je eigen woonkamer, in het donker moet je je voorstellen, je bent geen dieren gewend en opeens heb je 30 kilo vrolijke Joop op schoot.
Ik heb tante Fietje aangeraden mijn systeem te volgen en iets voor het meisje te kopen, excuses aan te bieden en te beloven dat Joop voortaan aan de riem blijft.
Tante Fietje ging gekalmeerd met Joop (aangelijnd) weer naar haar eigen huis.

De volgende avond had ik mij net met een pizza, een fles rode wijn en een soap geïnstalleerd, toen de bel ging. Veel zin in visite had ik niet. Helemaal niet toen ik zag dat tante Fietje weer huilend voor de deur stond, ditmaal zonder Joop. Een huilend medemens laat je niet buiten staan, dus ik opende de deur. Tante Fietje stormde langs me heen, pakte mijn glas wijn en nam een ferme slok.
Ze zakte neer op mijn plekkie en scheurde een stuk van mijn pizza af, nog steeds in tranen. Al kauwend snauwde tante Fietje me toe: “Jij ben ook een mooie, ik zal nog eens doen wat jij zegt”.
Ik vroeg of ze naar de buren was geweest zoals ze van plan was. Ja, dat had ze gedaan en nadat ze het cadeautje had overhandigd was ze maar vast gaan zitten. Ze had wel een drankje verwacht na dit vredesoffer. Tante Fietje is nogal van de gezelligheid.
“En waarom huil je dan? " ik snapte er niets van.
Tante Fietje gaf me het volgende verslag.

De vader had zijn dochter geholpen met het pakje, de stemming leek toen nog prima, nadat het cadeautje uitgepakt was, had de buurman tante Fietje bij haar kleine armpje gepakt en haar ongeveer even hardhandig als de dag tevoren Joop het huis uitgegooid.

Tante Fietje snoot haar neus, schonk zichzelf nog eens bij en keek me woedend aan.

"Wat had je dan gekocht?"

"Nou van die leuke gekleurde kraaltjes, kan ze verschillende kettinkjes maken".

Ik moest het even verwerken, bij het zien van zoveel verdriet kon ik alleen maar proberen, heel erg proberen niet te lachen.
Ik heb tante Fietje uitgelegd dat je zorgvuldig moet zijn met het uitkiezen van een verzoeningspresentje, je geeft een bejaarde geen springtouw, een jongetje van twee geen doos sigaren en een blind meisje geen gekleurde kralen.

De moraal van dit verhaal : wij, hondeneigenaren, moeten ervoor zorgen dat onze honden zich kunnen gedragen in deze maatschappij. Daar moeten we wel het een en ander voor doen. We moeten ze opvoeden en we moeten met ze spelen. We moeten veel met ze lopen zodat ze hun energie kwijt kunnen en zodat ze minstens 1 keer per dag echt hond kunnen zijn.
En we moeten ons realiseren dat onze honden honden zijn en geen mensen met een vachtje, en dat honden nu eenmaal reageren als honden.

Ze zijn geweldig, onze honden, maar wij zijn en blijven verantwoordelijk voor ze.
En maken ze eens, zonder kwade bedoelingen, iemand aan het schrikken dan maak je dat goed. Met welgemeende excuses en een passend cadeautje.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten